In juni zijn de weken van het spannende boek, vandaar deze keer het thema ‘spannend’. Kijk maar waar je pen je brengt, veel plezier en inspiratie toegewenst!
Stap 1
Beantwoord deze vragen met steeds een sprintje van bijv. 5 minuten:
- Hou je van spannende boeken? Waarom wel of niet? En zo ja, welk boek zou je aan een ander aanraden?
- Wat is het spannendste dat je ooit hebt meegemaakt? Hoe ben je daarmee omgegaan en/of wat heeft je geholpen daarmee om te gaan?
- Wat is een spannende kant aan jouzelf? Misschien vind je het zelf niet zo spannend, maar probeer eens door de ogen van een ander naar jouzelf te kijken.
- Wat vind je spannend om te doen, waar maak je je druk of zenuwachtig over als je dat moet doen?
- Wat doe jij om je te ontspannen?
Stap 2
Lees je sprintjes uit stap 1 (hardop) terug. Welk onderwerp – of misschien zelfs welke zin – springt er op dit moment uit, waar wil je verder bij stilstaan? Noteer dat en mijmer er dan over door in een sprintje van bijv. 10 minuten.
Stap 3
Lees je sprintje van stap 2 (hardop) terug. Is daarin iets wat je opvalt, bijv. iets wat jou verrast, waar je weerstand tegen voelt, waar je blij mee bent, etc.? Neem even de tijd om dit in gedachten na te gaan en schrijf daarna op wat je hiervan vast wilt houden.
Stap 4
Geef de kern ervan weer in een spiegelelfje.
Variatie/uitbreiding
- Maak twee woordgedichten: ‘spanning’ en ‘ontspanning’. Schrijf daarna door over een spannend woord dat je daarin ziet staan.
Hergebruik van deze oefening is vrij, mits met bronvermelding:
Sarine Zijderveld, www.papierenspiegel.nl
Foto: Canva
Doe je iets met deze oefening? Zelf of samen met anderen? Laat het me weten, ik hoor het graag.
Nodig
– pen en papier
– kookwekker/timer
Hoe te schrijven: sprintje
– schrijf zo snel als je kunt
– volg de gedachten die opkomen
– blijf doorschrijven
– censureer en corrigeer niets
– let niet op taal- en schrijffouten
– als je vastloopt: herhaal het laatste woord totdat er weer een nieuwe gedachte komt
Geef een reactie