Zúlke mooie woorden schreef een lieve vriendin in een brief. Het was en is een zin waar ik ineens van alles in zag, door de woorden gingen werelden erachter open, terwijl het allemaal toch woorden zijn die ik vaker gehoord heb. Ik kan het niet goed uitleggen, maar je pen vertelt je wel waar deze woorden voor jou over gaan. Hopelijk opent er zich dan ook voor jou van alles.

Tip: in deze oefening gaat het vaak over ‘een zin’. Daarmee worden dan verschillende zinnen bedoeld en dat kan verwarrend werken. Maar als je rustig leest welke zin uit welke stap bedoeld wordt, dan kom je daar vast uit. Zet eventueel de nummers van de stappen bij je schrijfsels, dan is het zeker duidelijk.

Veel plezier en inspiratie toegewenst!

Stap 1
De zin die mij in het bijzonder trof in de brief die ik kreeg, is deze:
.
“Leef in overgave en leef in liefde en verbondenheid.”
.
a. Schrijf deze zin 7 keer onder elkaar op.
b. Schrijf meteen daarna door in een sprintje van 5 minuten, laat je pen je gedachten volgen.

Stap 2
Laat je sprintje uit stap 1.b even liggen en kijk eens naar de vijf woorden/begrippen die in de zin uit stap 1.a zitten:

  • Leef
  • In – in de betekenis van ‘leven in …’
  • Overgave
  • Liefde
  • Verbondenheid

Markeer 5 x 10 regels in je dagboek en schrijf dan over elk woord een sprintje van 10 regels tekst. Kijk maar wat er bij je opkomt.

Stap 3
Lees je sprintjes uit stap 2 (hardop) terug en vraag jezelf af: welk woord springt er voor mij uit? Kies dus uit het geheel één woord. (Dit kan een van de 5 woorden uit het briefcitaat zijn, maar ook een woord dat voorbijkwam in een van je sprintjes.) Onderstreep het woord dat er voor jou uitspringt en ga daar dieper op in met een sprintje van 5 of 10 minuten.

Stap 4
Lees je sprintje uit stap 3 (hardop) terug. Wat voor waardevols zit hier in de kern in, wat is het mooie dat je hierin te zien krijgt? Geef dat weer in één zin.

Stap 5
Kijk nu terug naar je eerste sprintje uit stap 1.b. Heeft dit iets met jouw kern uit stap 4 te maken? Voegen deze twee dingen iets aan elkaar toe? Noteer hier iets over in 3 tot 5 regels tekst.

Stap 6
Neem nu even de tijd om terug te lezen en/of dit alles te laten bezinken. Vraag jezelf af: als ik met één zin mijn eigen versie zou geven van de zin/het citaat uit stap 1.a, wat wordt mijn eigen zin dan? Schrijf deze op.

Stap 7
In de brief die ik kreeg, stonden vóór de zin (uit stap 1.a) nog twee woorden: “Lieve Sarine”.
Schrijf nu de zin uit stap 1.a nogmaals op, maar begin dan eerst met “Lieve …” en jouw naam.
Schrijf daarna ook jouw eigen zin uit stap 6 nogmaals op, en begin ook dan eerst met “Lieve” en jouw naam.

Stap 8
Lees de twee zinnen uit stap 7 (hardop) terug. Is het zo af, rond? Voeg er als je wilt nog een zin aan toe om deze oefening af te sluiten.

Variatie/verdieping

  • Kies in stap 3 een ander woord en herhaal de rest van de oefening.
  • Maak er een tekening bij (niet mooi, maar intuïtief, teken net zoals je een sprintje schrijft) en schrijf daar eventueel verder over.

Hergebruik van deze oefening is vrij, mits met bronvermelding:
Sarine Zijderveld, www.papierenspiegel.nl
Foto: Canva

Doe je iets met deze oefening? Zelf of samen met anderen? Laat het me weten, ik hoor het graag.

Nodig
– pen en papier
– kookwekker/timer

Hoe te schrijven: sprintje
– schrijf zo snel als je kunt
– volg de gedachten die opkomen
– blijf doorschrijven
– censureer en corrigeer niets
– let niet op taal- en schrijffouten
– als je vastloopt: herhaal het laatste woord totdat er weer een nieuwe gedachte komt